Categorie: Geen categorie

Het zoutgehalte in brood was in 2016 gemiddeld 19 procent lager dan in 2011. Ook bepaalde soorten sauzen, soepen, groenten en peulvruchten in blik of glas en chips hebben een lager zoutgehalte, tussen de 12 en 26 procent lager dan in 2011. Enkele productgroepen hebben tevens een lager verzadigd vetgehalte gekregen. Het suikergehalte is in alle onderzochte productgroepen gelijk gebleven. Dat blijkt uit onderzoek van het RIVM naar de gehalten aan zout, suiker en verzadigd vet, meldt RIVM.

De afgelopen jaren zijn afspraken gemaakt over het maximumgehalte aan zout, verzadigd vet en calorieën (suikers, vet) in voedingsmiddelen. De lagere gehalten zijn vooral te zien bij productgroepen waarvoor deze afspraken zijn gemaakt. Demissionair minister Schippers van Volksgezondheid heeft dit akkoord begin 2014 afgesloten met brancheorganisaties van de voedingsmiddelenindustrie, retail, horeca en catering. Het doel is om het voor de consument gemakkelijker te maken voor gezonde producten te kiezen.

Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid. De Tweede Kamer is in december 2016 geïnformeerd over de voorlopige resultaten. Dergelijke onderzoeken zijn ook in 2012 en 2014 uitgevoerd, zodat kan worden gevolgd hoe deze gehalten zich ontwikkelen. Hiervoor zijn gegevens over de samenstelling van voedingsmiddelen gebruikt die afkomstig zijn van analyses door de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA), de Levensmiddelendatabank en monitoring door brancheorganisaties.

Bron: Nationale Zorggids

Patiëntenfederatie Nederland roept de nieuwe regering op om ook rekening te houden met de thuiswonende ouderen. De afgelopen tijd is er veel aandacht geweest voor ouderen die in verpleeghuizen wonen, maar dat is slechts een klein percentage van de ouderen die aandacht behoeft. Thuiswonende ouderen hebben ook zorg nodig, maar krijgen dat niet altijd even makkelijk. Patiëntenfederatie Nederland pleit voor een investering daarin, meldt de federatie.

“Goede zorg betekent kwalitatief hoogwaardige zorg. Het is zorg waarbij de patiënt dicht bij huis wordt geholpen als het kan, al dan niet met behulp van digitale zorg, en verder weg gaat als dat nodig is. Wij roepen een nieuwe regering op daar voortvarend mee aan de slag te gaan”, zo schrijft de Patiëntenfederatie in een brief aan informateur Schippers.

De koepelorganisatie voert momenteel samen met zeventien zorg- en belangenorganisaties een onderzoek uit naar de problemen in de ouderenzorg. Het doel is om de problemen van kwetsbare ouderen die nog thuis wonen in kaart te brengen. Zodat geld op de juiste plek kan worden ingezet. Het onderzoek is bijna afgerond. De Patiëntenfederatie vindt het terecht dat er veel aandacht is voor de ouderen in verpleeghuizen, maar in die grote groep thuiswonende ouderen moet ook geïnvesteerd worden.

Bron: Nationale Zorggids

Zo lang mogelijk thuis wonen
Bij Florein vinden we het belangrijk dat u zo lang mogelijk thuis kunt blijven wonen. Hiervoor biedt Florein verschillende soorten zorg thuis. U vindt deze vormen van zorg thuis verder op onze website of u kunt voor meer informatie contact opnemen met een van onze medewerkers via 070 – 300 48 00.

Dat meldt NIVEL dinsdag. Er wordt van een epidemie gesproken wanneer 51 op de 100.000 mensen zich bij de peilstationshuisartsen van het NIVEL melden met griepachtige klachten en uit keel- en neusmonsters blijkt dat zij het griepvirus bij zich dragen.

Twee weken achtereen bleef het aantal personen met griep onder de 51, waardoor de epidemie nu voorbij is. In week 12 bezochten 37 op de 100.000 mensen de huisarts met
griepklachten.

Van alle typen virussen die de afgelopen tijd circuleerden, kwam type A(H3N2) veruit het meeste voor. Dit virus kan vooral bij 65-plussers complicaties veroorzaken in de vorm van een longontsteking.

Huisarts-epidemioloog en coördinator van de peilstations Gé Donker laat aan het NIVEL weten dat de afgelopen griepepidemie relatief lang duurde. Epidemieën van de afgelopen twintig jaar duurden gemiddeld negen weken, zes weken korter dan dit jaar. Het voorgaande seizoen (2014-2015) duurde met 21 weken het langst.

Veel senioren zijn nog weinig bekend met persoonsalarmering als hulpmiddel om langer thuis te blijven wonen. Dit blijkt uit een onderzoek dat Zembro in samenwerking met thyssenkrupp Encasa en ANBO heeft uitgevoerd. Senioren weten niet waar en bij wie ze voor het hulpmiddel terecht kunnen. Wat vaak de reden is voor het ontbreken ervan. Net als in 2014, toen het onderzoek voor het eerst werd uitgevoerd, gaven zo’n 11.000 respondenten van 50 jaar en ouder antwoord op vragen over gezondheid, langer thuis wonen en de daarvoor benodigde oplossingen. Dat meldt Zembro.

Juiste hulpmiddelen
Toch is het belang van hulp in de vorm van een personenalarm, maar ook een traplift of thuis- en mantelzorg, enorm toegenomen door de veranderingen in de wetgeving voor langdurige zorg. De toegangsnormen voor verzorg- en verpleeghuizen zijn aangescherpt, waardoor senioren langer zelfstandig thuis moeten blijven wonen. Met de juiste hulpmiddelen en oplossingen kunnen senioren, ook als hun gezondheid achteruit gaat, veilig en comfortabel en met de nodige gemoedsrust in hun eigen huis blijven wonen.

Gebrekkig op de hoogte
Een groot deel van de senioren blijkt gebrekkig op de hoogte van de relevante hulpmiddelen, of zelfs geen kennis te hebben van de veranderingen in de wetgeving. Slechts 35 procent van de respondenten zegt op de hoogte te zijn van de vernieuwde wetgeving, tegen 29,5 procent in 2014. Het merendeel van de respondenten geeft wel aan behoefte te hebben aan meer inzicht in de mogelijkheden om langer thuis te wonen, maar nog geen 10 procent is actief naar informatie op zoek gegaan.

Informatie
Vaak gaan senioren pas informatie verzamelen als een hulpmiddel nodig is. Ouderenorganisatie ANBO vindt dat de verantwoordelijkheid voor de informatievoorziening ook deels bij de gemeente ligt. En ook voor fabrikanten is er een rol weggelegd in het informeren over de voordelen.

Hulp van Florein
Bent u benieuwd welke hulpmiddelen u kunnen helpen? Wij denken graag met u mee, bel 070 – 300 48 00 voor een van onze medewerkers. Ook kunt u terecht bij Gezondheid en Zorgwinkel van Florence voor meer informatie.

Toe aan een voorjaarsschoonmaak? Volgens de Gezondheidsraad is het dan beter om liever geen desinfecterend ‘antibacterieel’ schoonmaakmiddel aan te schaffen. Deze doen namelijk meer kwaad dan goed.

De Gezondheidsraad waarschuwt voor het gebruik van desinfecterende schoonmaakmiddelen. Volgens hen zijn ze namelijk gemaakt om zoveel mogelijk bacteriën te doden. Dat betekent alleen ook dat de goede bacteriën gedood worden, dus de bacteriën die je lichaam nodig heeft. Bovendien kan het veelvuldig gebruik ervan ervoor zorgen dat bacteriën resistent kunnen worden tegen het middel, en ook tegen antibiotica. Dat betekent dat desinfecterende middelen of antibiotica minder goed of helemaal niet meer werken.

En bij overmatig gebruik kunnen mensen bijvoorbeeld een vergiftiging oplopen of een allergie ontwikkelen.

Wat is dan wel goed om te gebruiken voor het schoonmaken?
Met heet water en een sopje van allesreiniger maak je goed schoon. Je huis wordt niet 100% steriel, maar dat is ook niet nodig als iedereen gezond is. Het gebruik van een schoon vaatdoekje is ook belangrijk.  Want al na een dag bevat een vaatdoekje veel bacteriën en die wil liever niet verder door je huis wilt verspreiden. Je krijgt je vaatdoekje schoon door ze te wassen op 60 °C. Of verhit het vaatdoekje in de magnetron voor 1 minuut op vol vermogen en laat het daarna goed drogen.

Bron: voedingscentrum.nl

Ouderen met overgewicht kunnen beter meer bewegen om het risico op hart- en vaatziekten te verkleinen. Zij hebben meer baat bij beweging dan bij het hebben van een gezond gewicht.

Dat blijkt uit het onderzoek van het Erasmus MC, op basis van gegevens van het bevolkingsonderzoek ERGO uit Rotterdam. Zelfs ouderen met een gezond gewicht kunnen het risico verkleinen door dagelijks voldoende te bewegen. Het gaat daarbij niet om intensief bewegen, maar om zaken als fietsen, wandelen of tuinieren.

De onderzoekers volgden vijftien jaar lang meer dan vijfduizend ouderen van gemiddeld zeventig jaar oud. Er werd onder meer gekeken naar hun gewicht, leefstijl, voeding en eventuele erfelijke hart- en vaatziekten.

Verband
16 procent van de ouderen werd tijdens het proces ziek, maar de onderzoekers vonden bij deze hart- en vaatpatiënten geen direct verband met hun gewicht. Wel bij lichamelijke inspanning.

“Bij mensen met overgewicht zien we dat het risico op een hartaanval of beroerte verdwijnt zodra ze ongeveer vier uur per dag aan lichaamsbeweging doen”, zegt Chantal Koolhaas van de afdeling Epidemiologie. “Van de te zware ouderen die ongeveer twee uur per dag bewogen, werd één op de drie ziek.”

Bron: nu.nl